(Pasen 2021)
Vergaf de hand die Hem sloeg.
De man, die onze zonden droeg.
(uit Opwekking 268: “Hij kwam bij ons heel gewoon”)
Kinderen zijn er goed in. En volwassenen evenzo, maar die doen het misschien wat subtieler en meer toegedekt; een ander de schuld geven van iets dat niet goed is gegaan. Soms terecht. Maar meer dan eens geef je een ander de schuld om zo je eigen aandeel van dat wat fout ging af te kunnen schuiven op die ander. Daarmee neem je geen verantwoordelijkheid voor je eigen rol en je handelen in het probleem. Je wilt de gevolgen van de gemaakte fouten niet op je nemen.
Dit afschuifsysteem is al zo oud als de mensheid. Al bij de zondeval gaf Adam de schuld aan Eva. En Eva gaf op haar beurt de slang de schuld. Terwijl de fout toch echt bij zowel Adam als bij Eva zelf lag. Later in de geschiedenis waste Pontius Pilatus zijn handen in ‘onschuld’, maar daarmee deed hij Jezus groot onrecht aan.
De schuld afschuiven op een ander. Wat lekker kan dat zijn. Een zondebok zoeken om al je tekorten op af te geven. Om zelf niet te hoeven opdraaien voor je fouten. Maar als een ander jóu de schuld ergens van geeft dan wil je, net als ik, de schuld van de ander niet op je nemen. Zéker niet als je vindt dat dit onterecht is. Zo kunnen er heftige ruzies ontstaan. Door dit soort conflicten ontstaat er verwijdering en soms zelfs complete breuken in relaties.
Jezus is mens zoals wij maar zo totaal anders. Maar Hij doet precies het tegenovergestelde van wat wij vaak doen. Hij geeft ons niet de schuld, daar waar wij het fout doen tegenover Hem. In tegendeel: Hij vergeeft hen die Hem slaan, spugen en pijnigen. Hij vergeeft ook mij, ondanks mijn herhaaldelijk falen in het nakomen van Zijn gebod van liefde. En zelfs omgekeerd: wij mogen Hem de schuld géven. We mogen onze schuld aan Hem geven. Die schuld van jou en mij neemt Hij, als onschuldige, op Zich. Vrijwillig nog wel!
Hè? Mag ik Jezus de schuld geven van mijn fouten? Ik knipper met mijn ogen, vol van verbazing! Is dat niet gek? Ik blijf het bizar vinden.
God gaf ons in Jezus iemand om de schuld te kunnen geven; om onze schuld op Hem af te kunnen schuiven. Wat een niet te bevatten daad van liefde! (*)
Ik ben heel blij dat ik Jezus de schuld mag geven. Mijn schuld.
En het allergekste van dit alles is dat Hij het ons zelfs vraagt om te doen.
Ik snap er niets van.
Maar wat een vrijheid geeft mij dat!
Kan jij er met je verstand bij? Nou, ik niet. Maar het maakt me wel enorm dankbaar dat ik zelf van al die ballast verlost ben. Alleen door Jezus!
Wie wil er worden als Hij?
(naar Opwekking 268)
(*) de marteling en dood van Jezus aan het kruis is dus geen daad van een wrede God, maar een intense daad van liefde van God voor ons, wrede en verloren mensen. Mensen waar Hij ondanks alles zóveel van houdt dat Hij er zelfs Zijn Zoon voor over heeft om hen (= jou en mij) te redden.