Volgens mij hebben we er bijna allemaal in meer of mindere mate last van; onzekerheid, je niet echt geschikt voelen, je klein voelen. Omdat er altijd mensen te vinden zijn die ergens beter in zijn dan jij. Het is een gedachte die mij wel eens in de weg kan zitten. Gevolg: ik maak een terugtrekkende beweging en ben soms bang om te doen wat ik ten diepste zou wíllen doen.
Alles wat God geschapen heeft, heeft een zin, een reden. Er zit een plan achter, al doorgrond ik dat plan niet; niet op macroniveau en niet op het niveau van mijn eigen persoonlijke leven. Hij wil graag dat ik mij dienstbaar maak voor het volvoeren van Zijn plannen. Ondanks dat ik maar een klein mens ben in een immens geheel, doen ook mijn inspanningen ertoe.
Zo vond Mozes zichzelf totaal niet geschikt voor zijn roeping, had Jesaja zijn vraagtekens en vond Gideon zichzelf niet de juiste persoon voor de opdracht die God hem gaf.
Er zijn nog veel meer voorbeelden te vinden in de Bijbel van mensen die geroepen werden maar verzet in zich voelden. Ze vroegen zich af waarom juist zij door God aangewezen werden. Ik denk dat de onderliggende reden voor het verzet angst was. De onzekerheid om tekort te schieten, de angst van ‘het niet goed genoeg zijn’.
Ik haal wat dat betreft bemoediging uit een aantal personen. Neem Amos. Hij had een beroep dat aan de rand stond van de maatschappij (zijn beroep schapenfokker en vijgenteler had amper aanzien) en hij kwam uit het onbetekenende plaatsje Tekoa, ongeveer 15 km ten zuiden van het grote Jeruzalem. God had hem geroepen om te profeteren tegen het noordelijk gelegen Tienstammenrijk. Hij noemde zichzelf geen profeet maar ging wel in opdracht van de Heer op pad.
Ook de discipelen van Jezus waren maar gewone mensen: Petrus en Andreas waren vissers, Simon was een vrijheidsstrijder, Mattheus was een belastingambtenaar (een door de Joden zeer veracht beroep).
Johannes en Jacobus kenden Jezus waarschijnlijk al vrij lang terwijl Nathanaël Hem maar kort heeft gekend. Qua karakter waren ze ook zeer uiteenlopend: rustig, onstuimig, diepgelovig, weifelend.
Paulus zegt over zichzelf dat hij zwak was, angstig en onzeker[1]. Toch staat hij voor zijn roeping om het evangelie te verkondigen.
God kan ieder mens op elk moment en op elke plaats inzetten: met grote opdrachten of met kleine opdrachten. De oogst is groot maar de Heer kan nog vele arbeiders gebruiken. Dus ook jou en mij! Een ieder op zijn eigen plek. Want voor iedereen geldt deze belofte van God: Ik zal er zijn, Ik ben bij je. Waar je ook bent.
[1] 1 Kor. 2:3