Waarom waren jullie zo
bang? Hebben jullie nog steeds geen geloof in mij?’
Marcus 4:40 BGT
Als ik dit stuk schrijf, januari 2021, zitten we volop in een tweede lockdown ten gevolge van de coronapandemie. Het vaccineren is een paar weken geleden begonnen. Er is veel kritiek op de regering vanwege de door hen gemaakte strategische keuzes en de invoering van de avondklok. We hebben net een aantal dagen achter de rug met een enorme golf van geweldplegingen door het hele land. Het zijn erg onrustige en verwarrende tijden. Het stormt in Nederland, het stormt in de wereld.
Wat ik merk in mijn werk en in mijn omgeving is dat veel mensen zich angstig voelen en bezorgd zijn. Ze zijn gespannen, ze voelen zich kwetsbaar en zijn erg onzeker. Bang om ziek te worden of om dierbaren te verliezen, onzeker over wat er mogelijk gaat gebeuren, vragen over de gevolgen van alle maatregelen, twijfels over het wel of niet laten vaccineren en dergelijke.
Met deze gedachten over de coronacrisis en de gevolgen daarvan kwam het beeld van de Bijbelse geschiedenis van ‘de storm op het meer’ bij me op. En al zoekende vielen er ineens een aantal kwartjes bij me. Die wil ik graag met je delen.
Verband tussen de verhalen in de Bijbel
De Bijbel zoals wij die als volwassenen lezen is niet zoals de kinderbijbel. De kinderbijbel is namelijk een verzameling losse verhalen; over Adam en Eva, over Abraham, Jozef, Mozes, David, Gideon, Jozef en Maria, over de bruiloft te Kana, Bartimeüs, de storm op het meer en nog veel andere verhalen. Het zijn allemaal op zichzelf staande verhalen. In tegenstelling tot de´echte´ Bijbel, waarin de verhalen niet op zichzelf staan. Ze vormen een eenheid en hebben een verband met elkaar. Soms te herleiden, soms niet.
Ik denk dat de geschiedenis van ‘de storm op het meer’ uit Marcus 4, ook geschakeld is met de gebeurtenissen die er aan vooraf gingen en daarna kwamen. Ik vermoed dat we de kern van deze geschiedenis niet volledig kunnen begrijpen als we niet stilstaan bij wat er aan vooraf ging en wat er op deze storm volgde.
Drieluik
Eerst wil ik kort iets uitleggen over het (mogelijke) verband dat ik zie tussen de verschillende Bijbelverhalen die achter elkaar staan. In de schilderkunst werd vroeger vaak gebruik gemaakt van een drieluik. Een schilderij dat uit drie panelen bestaat. Een klein paneel aan de linkerkant, een groot middenpaneel en een klein paneel aan de rechterkant. Het zijn drie aparte schilderijen die op zichzelf lijken te staan. Toch hebben ze alle drie een verband met elkaar. De kleine zijpanelen ondersteunen als het ware het verhaal of de boodschap van het grote schilderij in het midden. We kunnen het middenpaneel beter begrijpen als we ook goed kijken naar de zijpanelen.
Zo bezie ik ook de geschiedenis van ‘de storm op het meer’. Ik denk dat we dat verhaal ook beter kunnen doorgronden als we kijken wat er vooraf ging en wat erop volgt. Waarom wordt de geschiedenis van de storm op het meer uitgerekend door deze andere twee geschiedenissen omringd? Wat is het verband daartussen?
Linkerpaneel
In het linkerpaneel geeft Jezus onderwijs. Hij vertelt een heel grote groep mensen over het Koninkrijk van God. Aan de enorme menigte geeft Hij dat onderwijs vooral in beeldspraak, in gelijkenissen. Maar aan de discipelen legt Jezus de betekenis van dit alles gedetailleerd uit.[1]
Kernwoord voor mij van dit linker paneel is Onderwijs.
Rechterpaneel
In het rechterpaneel is Jezus met zijn leerlingen het meer overgestoken en aan de overkant terecht gekomen in Dekapolis, het tienstedengebied.
De overkant:
Dat is niet alleen geografisch bedoeld. De ‘overkant’ was vanuit het perspectief van de Joden een gebied dat niet bij het Joodse gebied hoorde; het was de verkeerde plek. Het gebied van de naakte man, de graven, de varkenshoeders; het gebied van de onreinheid. Het had de verkeerde godsdienst, de verkeerde politiek en de verkeerde etniciteit. Een heidense plek. De plek waar je niet thuishoort. Zeg maar, vanuit meer christelijk perspectief gesproken, de ‘wereld’. Zoals geschreven staat: ‘Wij zijn wel in de wereld maar niet van de wereld’.[2]
Kernwoord voor dit rechterpaneel is voor mij De wereld.
Het drieluik ziet er met afbeeldingen dan zo uit:

Middenpaneel
Ik wil bij een aantal punten stilstaan.
De overkant.
Jezus doet het voorstel aan de discipelen om naar de overkant te gaan. Met het bovenstaande in gedachten is dat niet meer zomaar een vraag. Het is als het ware de uitnodiging om ‘de wereld’ in te gaan. Zoals Hij ons ook uitnodigt om niet in de kerkbanken van onderwijs te blijven zitten maar de wereld in te gaan. Wij krijgen op zoveel verschillende manieren onderwijs van God. Hij voedt ons niet alleen met preken maar ook via muziek, seminars, boeken, gesprekken, webinars, artikelen en noem maar op. Als ik dat op mij in laat werken dan spreekt God op zoveel verschillende manieren tot ons. Om ons te vormen en te sterken in het geloof. Voor mij is het als het ware een soort van continue heen en weer beweging: onderwijs – in de wereld – onderwijs – in de wereld.
Wat ik ook bijzonder vind in het verhaal; Jezus gaat mee. Dat is zijn belofte en die zal zo blijven. Hij stuurt ons als gelovigen niet alleen op pad, deze onstuimige wereld in. In al onze grote en kleine zorgen, wereldwijd of in ons persoonlijk leven; Hij is erbij. Kijk eens naar Zijn afscheidswoorden aan Zijn discipelen, toen Hij naar de hemel ging: “Ga op weg …, Ik ben met u”.[4]
Slapen tijdens de storm
Dat Jezus gaat slapen onderweg in de boot is goed te begrijpen. Hij is waarschijnlijk enorm moe na een dag van intensief onderwijs aan de grote groep mensen en aan de extra bijlessen die Hij gaf aan zijn leerlingen.
En dan steekt er ineens een storm op. Dat is niet zo heel raar. Het meer van Galilea staat erom bekend dat het vanuit het niets enorm tekeer kan gaan. Een heel aantal van de discipelen waren vissers. Ze waren vaker ’s nachts op dit meer te vinden om te vissen.[5] Ze waren dus wel een stormpje gewend. Maar dit was blijkbaar een buitenproportionele storm. Het gaat er zo heftig aan toe dat deze ervaren vissers bang worden.
En juist op dat moment ligt Jezus te slapen in de boot. Het lijkt een detail zonder betekenis. Maar waar ligt Jezus in de boot te slapen? Achterin. Achterin, op de plek van de stuurman, op de plek van degene die de zeilen bedient en commando’s geeft. Jezus, stuurman van jouw en mijn (geloofs)leven ligt te slapen. Uitgerekend nu.
Ken je die ervaring? Dat als het zo buitenproportioneel stormt in je leven en je haast wanhopig uitschreeuwt naar God dat je vergaat, Hij de grote afwezige lijkt te zijn?
Geloof tijdens de storm
De discipelen schudden Jezus wakker en roepen Hem om hulp. Hij spreekt woorden van macht en heeft macht over het natuurgeweld. Wind en water komen tot rust. Water, in de Bijbel ook symbool van de onderwereld en duistere krachten en machten. Wind en water hebben echter niet het laatste woord.
Veel zegt Hij vervolgens niet tegen Zijn discipelen. Maar wat Hij zegt slaat de spijker op zijn kop: ‘Waarom waren jullie zo bang? Hebben jullie nog steeds geen geloof in mij?’.Het gemoed van de discipelen verandert door dit alles op slag van ‘intense angst’ naar ‘diep ontzag’. Jezus legt een link tussen hun angst in deze situatie en het hebben van geloof.
Geen oordeel
Je zou deze opmerking van Jezus makkelijk als verwijt richting de discipelen kunnen opvatten. Ze hebben immers zoveel persoonlijk onderwijs gekregen. Meerdere van Zijn discipelen hebben al diverse wonderen van genezing gezien. Jezus heeft zelfs de schoonmoeder van Petrus genezen. De discipelen zijn samen met Jezus al een tijdje door het gebied getrokken en waren er toch bij dat Jezus de mensenmenigte die Hem volgde onderwijs gaf en zieken genas? En nog steeds geloven ze niet in Hem?
Ik vraag me af of het terecht is dat Jezus woorden ‘Hebben jullie nog steeds geen geloof in mij?’ op te vatten is als een verwijt, hoewel het misschien voor de hand ligt. Ik zie het eerder als een soort van bemoediging door Jezus. Alsof Jezus Zijn intense verlangen uitspreekt dat zij gaan inzien dat Jezus’ woorden en daden waarheid zijn. Hij predikt het Koninkrijk, Hij laat het zien in Zijn handelen.
Geen woorden van oordeel over twijfelaars. Geen woorden van oordeel over jou als jij het niet zeker weet, als jij twijfelt aan Hem, als je twijfelt in je geloof of als je door een geloofscrisis heen gaat. Als je God zou willen vertrouwen maar Hij zo ver weg lijkt. Je bevindt je dan in ‘goed gezelschap’. Immers, de Bijbel staat vol met zoekers, twijfelaars, mensen die worstelen met God, mensen die aanvechtingen kennen, mensen die (willen) geloven en tegelijkertijd soms wanhopig uitroepen “kom mijn ongeloof te hulp!”[6]
Scharnier
Geloof; dat is voor mij het kernwoord van dit middenpaneel. Het is voor mij het verbindende woord tussen het linkerpaneel en het rechterpaneel. Zeg maar, een soort van scharnier tussen de twee zijpanelen. Dat wil ik graag toelichten.

Zoals hierboven al staat bewegen wij ons steeds tussen een
veelheid aan vormen van ‘onderwijs’ en het ‘in de wereld zijn’. Dat is wat
Jezus als het ware van ons vraagt: “Ik
geef je onderwijs, Ik rust je toe met alles wat je van Mij kan verwachten. Ik
geef je Mijn liefde, Mijn bescherming, Mijn goedheid, Mijn genade. Ga met die
bagage deze onrustige wereld in en wees Mijn getuigenis. Laat door jou heen Mijn
Liefde, Zijn Genade zien aan de wereld”.
Wij mogen met Gods boodschap van liefde en genade de wereld ingaan. Met woorden
en daden van liefde en genade. In die wereld kunnen we soms geconfronteerd
worden met heftige situaties. Situaties waarop wij geen grip hebben, waarin we
geen controle hebben. Gebeurtenissen waarin de angst ons kan overvallen. Jezus
bemoedigt ons, Hij spreekt ons moed in om het geloof te behouden.[7]
Stormen in ons leven
Ik vermoed dat deze storm op het meer voor de leerlingen een soort les in vertrouwen is. Ter voorbereiding op wat nog komen gaat, zodat ze in geloof staande zullen blijven. Er zullen nog vele stormen voor hen volgen. Vrijwel alle discipelen zullen omwille van het geloof gedood worden. Ik schat in dat deze ervaring en alles wat hierop volgde voor hen bouwstenen van geloof zijn geweest voor de hete vuren waar ze later voor kwamen te staan.
Dat is ook de oproep van Jezus aan ons. Om onze ogen op Hem gericht te houden, dwars door alles heen. Jezus, bron van kracht en hoop. Zonder Hem is het veel moeilijker om de stormen van ons leven te doorstaan.
Wie is Jezus?
Dit Bijbelgedeelte uit het Marcusevangelie eindigt met de woorden van de discipelen “Wie is toch deze man dat de wind en het water hem gehoorzamen?”.
Het is ook mijn vraag aan jou. Wie is toch deze man voor jóu?
Dit artikel is een bewerking van de haptono-meeting “Rust vinden in de storm”. Een webinar, gegeven in februari 2021.
Om het volledige webinar zien: klik hier
[1] Marcus 4:34
[2] Joh. 15:19
[3] 1 https://openbijbelblog.files.wordpress.com/2017/12/jezus-is-leraar.jpg?w=640
2 https://refbapheuvelrug.nl/vastfundament/images/storm.jpg
3 https://anderina.nl/ikgeloofhet_htm_files/24176@2x.jpg
[4] Mat. 28:16-20
[5] Luc. 5:5
[6] Marcus 9:24
[7] Vergelijk 2 Tim. 4:1-8