“Sorry dat ik besta,
sorry dat ik je steeds raak”,
zegt hij
keer op keer.
Bang om tot last te zijn,
om teveel te zijn;
om haar op te zadelen
met zijn angst en onzekerheid.
Zij zou niet anders willen
dan dat het haar raakt.
Wie ben ik, in mijn relatie met God en in mijn relatie met de ander?
“Sorry dat ik besta,
sorry dat ik je steeds raak”,
zegt hij
keer op keer.
Bang om tot last te zijn,
om teveel te zijn;
om haar op te zadelen
met zijn angst en onzekerheid.
Zij zou niet anders willen
dan dat het haar raakt.